Stotteren begint meestal op jonge leeftijd. Dit hoeft geen reden te zijn voor bezorgdheid, want in ongeveer 80% van alle gevallen verdwijnt het stotteren vanzelf. Als het stotteren aanhoudt, is dat het gevolg van onwetendheid m.b.t. stotteren en spraak in combinatie met een sensibele aard van het kind. De onwetendheid bestaat onder anderen uit een denkfout — een misvatting die niet alleen de persoon die stottert heeft, maar vrijwel iedereen. Door zich bewust te worden van deze misvatting kunnen ouders ALTIJD voorkomen dat het stotteren zich bij een jong kind ontwikkelt tot een blijvende vorm en kan stotteren uit de wereld worden geholpen. Hieronder zal ik dit toelichten.
Waardoor ontstaat stotteren
Stotteren kan ontstaat door elke vorm van spanning of opwinding bij een kind en is daarom niet te voorkomen. Wél kan worden voorkomen dat dit onschuldige, beginnende stotteren zich ontwikkelt tot een blijvende vorm.
Sinnton oftewel betekenisklank
In zijn vierde boek (1938) bespreekt Oskar Hausdörfer nog eens de specifieke rol van de ‘Sinnton’ in de spraakontwikkeling, zowel naar de natuurlijke spraak als naar een blijvende vorm van stotteren. ‘Der Sinnton’ betekent letterlijk vertaald ‘de zinklank´, een zinvolle klank oftewel een klank met betekenis.
Waarom wordt bij het zingen niet gestotterd?
Vrijwel iedereen die stottert, kan moeiteloos zingen, ook in gezelschap van anderen. Hoe komt dat? Omdat zij dan iets doen wat volkomen normaal is, namelijk bewust stemgeluid produceren, terwijl de mondbewegingen grotendeels automatisch verlopen. De aandacht is volledig gericht op het stemgeluid. Gedachten worden bewust hoorbaar gemaakt door middel van stemgeluid. Dit is een natuurwet die geldt voor spraak.
Spreken is eigenlijk monotoon zingen en zingen is melodieus spreken. In beide gevallen produceren we bewust stemgeluid. We noemen dit ‘betekenis-klanken’ omdat het niet zomaar een stemgeluid is, maar omdat het zodanig gevormd is dat het een betekenis heeft — het draagt informatie.
We spreken in enkelvoudig of meervoudig gevormde betekenis-klanken. Neem bijvoorbeeld het woord steen: dit is een enkelvoudige gevormde betekenis-klank. Aarde en mineraal zijn voorbeelden van meervoudig gevormde betekenis-klanken, evenals de zin ‘Ik loop naar de brievenbus’. In alle gevallen is er sprake van slechts één enkel- of meervoudig gevormde betekenis-klank omdat het stemgeluid vanaf het begin tot en met het einde onafgebroken doorklinkt. Dit betekent dat er geen ‘beginletters’ of ‘moeilijke woorden’ voorkomen in de spraak. De persoon die stottert gaat dus vechten met iets dat niet bestaat.
‘Zomaar een stemgeluid’ produceren, dus zonder betekenis, kan iedereen, ook iemand die stottert. Het kost geen moeite en er komt geen spanning bij kijken. Maar zodra het stemgeluid een betekenis krijgt, gaat er bij iemand die stottert een knop om. Er ontstaat paniek, terwijl dit eigenlijk precies hetzelfde is: bewust stemgeluid produceren’ dat onbewust en automatisch wordt gevormd tot een betekenis-klank. Waarom? Iemand die stottert, ziet dit als ‘praten’ en dat gaat gepaard met de ‘dat kan ik niet’-gedachte, waardoor direct (faal)angst en spreekspanning ontstaan. Deze persoon gaat z’n uiterste best doen om goed te spreken, waardoor het onbewuste spraakautomatisme verandert in een bewuste spraakcontrole en de spraak niet meer natuurlijk verloopt. Dit gebeurt niet wanneer de persoon die stottert geen drang heeft om goed te praten, zoals bijv. bij een huisdier, een baby of wanneer hij/zijn alleen is. Dit verklaart waarom iemand in sommige situaties wél en in andere situaties niet stottert. Hoe wordt de natuurwet die geldt voor spraak op z’n kop gezet?
De irrationele opvatting van spraak
De onnatuurlijke aansturing van de spraak wordt veroorzaakt door een irrationele opvatting van spraak, die vrijwel iedereen heeft. Vrijwel iedereen denkt dat we ‘woorden’ spreken. Maar een woord bestaat uit letters — schrifttekens. Schrifttekens kunnen we niet spreken, alleen maar schrijven. Ook denkt iedereen dat een woord bestaat uit klinkers en medeklinkers. Helaas worden deze vaak gezien als letters, en letters als klanken. Maar een klank is een geluid, iets wat hoorbaar is en een letter is iets zichtbaars. Met andere woorden: we beschouwen woorden ten onrechte als iets zichtbaars, terwijl spraak juist draait om het hoorbare.
In onze opvoeding en educatie wordt in de regel geen onderscheid gemaakt tussen spraakklanken en schrifttekens. Voor natuurlijk sprekende kinderen is dat geen probleem, maar het kind dat stottert associeert ‘woord’ met letters (en dus met iets zichtbaars) en gaat er mee vechten. Overal, thuis, op scholen en in therapieën, wordt deze irrationele opvatting bevestigd en versterkt omdat vrijwel iedereen dezelfde, foute opvatting heeft. Daarnaast leert het kind zichzelf ook nog andere onnatuurlijke aspecten aan in het gevecht met woorden of het leert deze in ´therapie´, zoals bijvoorbeeld letten op de ademhaling of diverse spreektechnieken, waardoor het spreken steeds onnatuurlijker wordt.
De irrationele opvatting van spraak is geen oorzaak van stotteren, maar levert wel een aanzienlijke bijdrage in de ontwikkeling en instandhouding van stotteren.
Denkfout rechtzetten
Het is dus vooral van belang dat deze ‘denkfout’ wordt rechtgezet, niet alleen bij personen die stotteren, maar ook bij hun leermeesters. Daarom is het aan te raden om de term ‘woord’ alleen voor het geschreven woord te gebruiken en het gesproken woord — het hoorbare — een betekenis-klank te noemen. Voor het VRIJ worden van stotteren is het voor iedereen die stottert, zowel voor kinderen als voor volwassenen, van groot belang om de irrationele denkwijze over spraak te vervangen door de rationele zelfsuggestie “Ik kan elke betekenis-klank maken, horen, sturen en vormen”.
Therapie voor volwassenen
Volwassenen gaan hiermee aan de slag vanuit hun inzichten. In korte therapiesessies krijgen zij de nodige handvatten aangereikt, waardoor het toepassen van de natuurlijke spreekwet in steeds meer situaties steeds gemakkelijker wordt totdat de natuurlijke spraak uiteindelijk vanzelfsprekend is.
Therapie voor (jonge) kinderen
Voor jonge kinderen is het vooral van belang dat hun ouders goed worden geïnformeerd. De nodige kennis geeft hen op de eerste plaats vertrouwen in de spraakontwikkeling bij hun kind. Pas dan zijn zij in staat om de natuurlijke spraak in goede banen te leiden door zélf voorop te lopen met het goede voorbeeld. Het jonge kind hoeft niets te doen; het volgt vanzelf, zonder te worden belast met informatie of oefeningen. Een bijkomend groot voordeel van deze aanpak is dat het jonge kind niet naar een therapeut hoeft, waarmee bewustwording van spraak of van een probleem wordt voorkomen.
De kennis van spraak zou het uitgangspunt moeten zijn van elke stottertherapie. Zolang de irrationele opvatting van spraak niet wordt rechtgezet, zowel bij therapeuten als bij cliënten, zullen ouders hun kinderen niet kunnen helpen en therapeuten aan symptomen blijven werken, waardoor het probleem wordt verergerd en in stand gehouden. Onderzoekers zullen geen oplossing vinden omdat zij blijven zoeken in gebieden, waar geen oplossing ligt. Dit is in de afgelopen 125 jaar pijnlijk duidelijk geworden. Zolang dit zo blijft, zal het stotteren voortbestaan.